Zet een grote pan met ruim water op voor de pasta. (1 liter per 100 gr pasta)
Maak de groenten schoon: dop de erwtjes, snij de groene asperges in dunne schuine stukjes en snipper het uitje heel fijn (Hoe fijner hoe beter). Scheur de kruiden in stukjes (niet snijden).
Snij de rauwe ham in reepjes. Bewaar voor het laatst.
Gebruik je verse doperwten? Blancheer deze dan eerst even zodat ze niet meer zo hard zijn. Gebruik je diepvries, dan kun je wachten tot het laatste moment.
Doe in een grote koekenpan of hapjespan een flinke scheut olijfolie en een klont boter. Laat warm worden, maar zeker niet te heet.
Doe het uitje in de pan en voeg de oregano toe. Voeg wat vers gemalen peper toe. Laat het uitje glazig worden.
Voeg wat kookvocht toe en roer tot een wat creme achtige massa.
Voeg de aspergestukjes toe.
Als het water voor de pasta kookt, dan is dit het moment om de tagliatelle in de pan te doen. Uiteraard in kokend water met een flinke schep zout.
Voeg nu de doperwtjes toe en de verse munt.
Rasp er wat schil van een biologische citroen over. Breng op smaak met peper en zout of bouillonpoeder. Voeg eventueel nog wat kookvocht toe.
Kook de pasta altijd 1-2 minuutjes korter dan de aangegeven kooktijd. Het is beter om deze even te laten meekoken in de saus. Zo wet je zeker dat de pasta al dente op je bord ligt. Schep de tagliatelle in de pan met de saus en hussel goed om.
Serveer met de rauwe ham, basilicum en eventueel wat geraspte pecorino. Vergeet vooral niet om nog een scheutje olijfolie over de pasta te doen voor et serveren.