Leg het deeg op een werkblad dat je eerst met bloem hebt bestoven.
Rek het deeg op tot een rechthoekige lap. De langste kant ligt voor je.
Verdeel de vulling gelijkmatig over de lap.
Rol de lap op. Dat hoeft niet te strak.
Snij de rol nu IN DE LENGTE door. Dus je krijgt dan twee lange stukken en je ziet de vulling dan mooi in laagjes zitten. We gaan namelijk een soort vlecht maken. Laat de twee stukken aan één kant vast zitten.
Draai de twee stukken om elkaar heen. Breng nu de twee uiteinden naar elkaar toe zodat je een soort knoop krijgt.
Leg het opgerolde deeg op een stuk bakpapier. Laat nog even rijzen.
Verhit de oven voor op 270 °C. Zet de gietijzeren pan er alvast in en laat mee opwarmen.
Laat na 45 minuten het vel bakpapier met het deeg in de hete pan zakken. Doe er twee ijsblokjes bij voor de stoomvorming en doe het deksel er weer op.
Verlaag de temperatuur van de oven tot 250°C. Bak 20 minuten.
Verwijder nu de deksel. Verlaag de temperatuur naar 230°C. Bak nog eens 20 minuten. Gaat het te hard? Dan doe je de deksel er weer op.
Goed laten afkoelen op een rooster voordat je het brood gaat aansnijden.
Ik hoef wellicht niet te vertellen dat dit dus werkelijk goddelijk is met wat gezouten roomboter.