Verwarm de oven voor op 200 graden C.
Halveer de aubergine. Kerf het vruchtvlees in met een mes en stop en wat stukjes knoflook en takjes rozemarijn in.
Klap de twee helften weer op elkaar en pak de aubergine in aluminium folie.
Pof de aubergine in de oven tot hij helemaal gaar is. Dit kan wel een half uur duren. Check even of het vruchtvlees helemaal zacht is.
Laat de aubergine afkoelen. Haal nu het vruchtvlees eruit en probeer hierbij de schil heel te houden. Die kun je dus mooi gebruiken om op te vullen met het gehaktmengsel.
Knijp het vruchtvlees uit, zodat er geen vocht meer in zit.
Snij de knoflook fijn. Hak de blaadjes van de peterselie en de tijm fijn. Hak ook het sjalotje en de chilipeper heel fijn.
Doe het gehakt in een grote kom. Doe de alles wat je hierboven hebt fijngesneden erbij. Doe ook de afgekoelde (!) aubergine erbij. Doe het ei en de paneermeel erbij. Nu goed mengen met koude, natte handen. Je moet nu een mooie consistentie hebben waar je balletjes van kunt draaien. Is het te vochtig? Voeg dan nog wat paneermeel toe. Kruid met peper en zout. Als je wilt weten of het gehakt voldoende gekruid is, kun je een klein stukje uitbakken in een pan en dat alvast proeven.
Draai mooie balletjes van het gehakt.
Verhit in een hapjespan een klont boter met wat olijfolie. Wacht tot het vet goed heet is.
Bak de balletjes aan en zorg ervoor dat ze mooi bruin zijn aan elke kant. Ze hoeven nog niet gaar te zijn, wel mooi bruin.
Haal de balletjes uit de pan. Gooi het aanbaksel niet weg! We gaan nu verder met de saus...