Dit gerecht stond bij Pasqualino nog hoog op het lijstje om te maken. Langzaam gegaard buikspek, oftewel pancetta fresca. De kunst is om de buikspek langzaam te laten garen, zodat het vlees mooi sappig blijft, maar tegelijkertijd wil je natuurlijk ook dat lekkere knapperige korstje. Door het slowcooken wordt ook het buitenste vetlaagje heel zacht. Het smelt op je tong. Dit stukje vlees komt zeker vaker op tafel te staan! Met de groenten die je erbij doet om te stoven kun je zelf variëren. Wij hebben met name venkel en venkelzaad erbij gebruikt. Wil je zien hoe we het hebben aangepakt? Bekijk dan het filmpje onderaan het recept. 😉
Wat heb je nodig?
- stuk mooi naturel buikspek (bij de slager of groothandel). Dus niet gezouten of gerookt.
- 1 venkelknol
- 2 teentjes knoflook
- 1 ui
- 1 steranijs
- 1 eetlepel venkelzaad
- 2 laurierblaadjes
- 3 dl witte wijn
- bouillonblokje
- vers gemalen peper, zout
- boter
Hoe begin je eraan?
- Verwarm de oven voor op 140 °C. (Lagere temperatuur kan zeker ook, dan uiteraard wel langer in de oven laten)
- Leg het buikspek met de vetkant naar boven en maak schuin sneden in het vet. Op deze manier kunnen smaken goed intrekken en trekt het vlees ook niet krom tijdens het bakken.
- Snij de venkel in grove stukken. We kunnen alles van de venkel gebruiken, ook de groene steel.
- Doe in een grote pan wat olijfolie en boter. Bak hierin de knoflook, ui en venkel even kort aan.
- Bak hierin ook even kort het buikspek met de vetkant naar beneden.
- Leg het buikspek nu in een braadslede met de vetkant naar boven. Doe de rest van de groenten in de pan. Roer eventuele aanbaksels los met wat witte wijn en doe dit bij het buikspek in de braadslede.
- Doe hierbij de laurier, steranijs, witte wijn, vers gemalen peper, wat zout en venkelzaad.
- Vul aan met water totdat er een flinke bodem met vocht in de braadslede staat. Doe er een heel klein stukje van een bouillonblokje bij.
- Laat nu zeker 3-5 uur langzaam garen. De gaartijd hangt uiteraard af van de grootte van het stuk vlees dat je hebt en hoe heet je de oven hebt gezet.
- Haal het vlees uit de braadslede en pak het even in alufolie.
- Giet al het vocht en groenten uit de braadsleden door een zeef en vang het vocht op in een klein pannetje. Dit wordt de basis van onze saus.
- Doe een klontje boter bij de saus en laat even inkoken. Op smaak brengen hoeft nauwelijks. Even proeven dus.
- Snij het vlees in dikke stukken van een paar centimeter en serveer met de saus.
